Zoekend naar een leuk onderwerp over motivatie voor mijn artikel voor psychologie struin ik het internet af. Een onderwerp wat mij aanspreekt over de Gaokao toets in China zie ik als een interessant onderwerp. Bezig met mijn artikel dwaal ik af van het onderwerp ‘motivatie’. Ik begin vreemde connecties te maken tussen de toets, leerlingen, overheid en de drijfveer. De kern van het artikel is niet meer terug te vinden tussen de 5 alinea’s.

 

Wat nu? Ik moet dit artikel goed schrijven! Maar waarom wil ik dit dan goed schrijven. Wat is mijn motivatie. Wow, ik kom erachter dat ik zelf een onderwerp word van mijn eigen artikel. Welke theorie past bij mij zodat ik gemotiveerd raak?

 

Ga terug naar start.

Motivatie is... een goed cijfer halen. Is dit mijn echte motivatie of zit er meer achter? Wat wil ik bereiken en wat is mijn doel? Zonder doel is het moeilijk om een goede motivatie te vinden om iets te doen. Mijn motivatie voor deze opdracht begint bij het feit dat ik een voldoende wil halen voor dit vak. Dit is namelijk een onderdeel van een groter doel: mijn diploma halen. Even later als ik bezig ben met informatie verzamelen kom ik er achter dat ik nog een doel ontwikkel. Het doel om de stof over motivatie  eigen te maken en te snappen. Ik heb dus een gegeven doel en eentje die zich ontwikkelt.

 

Extrinsiek en intrinsieke motivatie.

Mijn motivatie doelen hebben  2 verschillende soorten, namelijk intrinsieke en extrinsieke motivatie. Een goed cijfer halen is een extrinsieke motivatie. Het gaat namelijk om de beloning. Het is iets extern wat je stimuleert om iets te doen. Het feit dat ik een goed cijfer wil halen, komt niet vanuit mijn liefde voor het vak. Het komt ook uit de angst voor het falen en het gevolg daarvan op een ander doel. Een extrinsieke motivatie motiveert en beweegt mensen maar is niet zo duurzaam op een langere periode als een intrinsieke motivatie.

 

In het woord intrinsiek zit IN dus je voelt het al aankomen, dit gaat over een motivatie die van binnenuit komt. Je innerlijke motivatie kun je het ook wel noemen. Het gaat hierom een waarde die iets meebrengt waardoor je gemotiveerd raakt. Iemand die goed kan schilderen wil kunstenaar worden omdat iets natuurlijks vanuit hem zelf komt. Je doet iets niet voor een beloning of om een straf te ontlopen. Mijn intrinsieke motivatie voor dit artikel is dan ook om als doel meer af te weten van motivatie en hoe dit werkt. Het mezelf verrijken met nieuwe kennis.

 

Metaforisch beschreven: bij intrinsieke motivatie draait het om het spel, en bij extrinsieke motivatie om de knikkers.

Laat er een theorie op los en alles komt goed.

 

Hoe motiveer je iemand, hoe zet je iemand aan tot beweging?

Er zijn vele studies naar gedaan over hoe motivatie werkt en hoe je motivatie kan activeren. Ik heb gekeken welke 2 theorieën ik interessant vind om bij mijzelf toe te passen en zo te kijken of het voor mijzelf werkt.

 

Vroom, vroom, gas erop.

Victor Vroom creëerde de verwachtingstheorie. Deze theorie wordt vooral toegepast in de werkomgeving. Volgens Vroom en zijn theorie hangt de sterkte van een motivatie af van 3 factoren namelijk:

 

1. Verwachting: bereikbaarheid/effectie

2. Instrumentaliteit: Bevestiging/Succes

3. Valentie: de waarde/uitkomst voor de persoon.

 

Hij zegt dat jouw motivatiesterkte voor een opdracht te bepalen is door deze bij elkaar op te tellen. Je maakt dan een inschatting van wat een inspanning je gaat opleveren. Hetgeen waar je motivatiesterkte het grootste is, daar zal je dan ook vaak sneller voor kiezen. Als ik kijk naar mijzelf en de 3 factoren qua inhoud op mezelf betrek, betekent dat dit voor mij:

 

1. Het is bereikbaar als ik goed aan de opdracht begin.

2. In de les zijn de onderwerpen behandeld en snapte ik waar het over ging dus ik heb bevestiging gehad van succes.

3. De waarde is dat ik een voldoende haal en mijn studie succesvol kan afronden.

 

Mijn motivatiesterkte groeit naarmate ik zekerder word van de eisen die aan mij zijn gesteld voor deze opdracht. Ik geloof dat deze theorie heel erg inspeelt op vertrouwen in jezelf en je competentie. Hoe sterker je in jezelf gelooft dat iets lukt, hoe gemotiveerde je raakt.

 

Zelfbeschikkingstheorie.

De heren Edward L. Devi en Richard M. Ryan hebben de zelfbeschikkingstheorie ontwikkeld. De kern van deze theorie speelt in op de natuurlijke basisbehoeftes van de mens. Als deze behoeftes positief zijn, groeit de persoonlijke motivatie en inzet. De drie natuurlijke basisbehoeftes/wensen van een persoon die aan een opdracht verbonden zijn, zijn:

 

1. Competentie= wens om competent te zijn.

2. Verbondenheid= wens om erbij te horen.

3. Autonomie= wens om zelf de oorzaak te zijn van het eigen gedrag.

 

Als ik deze theorie op mezelf loslaat dan merk ik heel erg dat de tweede ‘verbondenheid’ mij niet perse stimuleert. Het is mijns inziens, met betrekking tot de opdracht, niet relevant. De verbondenheid met het vak is iets dat steeds groeit. En de wens om erbij te horen, is voor mijzelf , als ‘einzelgänger’, niet wenselijk.

 

Conclusie

Het steeds terugkomende woord na mijn zoektocht naar motivatie is ‘competentie’. Als iemand niet competent is en er geen mogelijk is dat hij competent kan worden dan is er weinig tot geen motivatie. Dit is een gegeven dat je als docent goed moet onthouden. Hiermee kan een opdracht vallen of staan.

 

Als ik een theorie moet kiezen die bij het beste past is het de theorie van Victor Vroom. Zijn theorie klinkt voor mij logisch. Hij kijkt vooral naar de motivatie in het werkveld. Omdat ik al ervaring heb met het werkveld heb ik me hier al aan aangepast. Hetgeen wat je eerst op school motiveerde is nu veranderd. Ik zie school nu ook al een soort van werk.

 

De zelfbeschikkingstheorie speelt meer in op het sociale. Het is daarom duidelijk voor mij dat ik deze theorie zou willen gaan toepassen bij leerlingen. Zij zijn nog bezig om goed over te komen bij anderen en daarom is dit een geschikte theorie om op scholen te gebruiken.

 

Voor mijzelf zou ik eerder kiezen voor Vroom vanwege het feit dat ik de laatste jaren zakelijker ben geworden.

Kort samengevat ik raak gemotiveerd als: ik weet dat ik het kan  en als het me naar een groter doel brengt. Vanuit dat doel moet ik me verder kunnen ontwikkelen zodat ik een slimmer en competenter mens word.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Bronnen: 

 

Woolfolk, A., Hughes, M. & Walkup, V. (2013) Psychology in education. Pearson, second edition

 

Veen, T., van der, Wal, J., van der (2012). Van leertheorie naar onderwijspraktijk. Noordhoff uitgevers

 

Ziel, van der J. (2015) slides les motivatie. Willem de Kooning

 

https://nl.wikipedia.org/wiki/Verwachtingstheorie

 

http://mens-en-samenleving.infonu.nl/psychologie/118014-motivatie-self-determination-theory.html